In november was ik aanwezig bij het HvA Urban Management congres bij Mediamatic in Amsterdam. Centraal stond o.a. de vraag wat ‘commoning’ vraagt van stadsbestuur, common initiatieven en kennisinstellingen. In het kader van mijn promotieonderzoek naar de impact van digitale marketing activiteiten van winkelgebiedcollectieven (o.a. websites en Facebookpagina’s van deze winkelgebieden) op de aantrekkelijkheid van winkelgebieden, wilde ik tijdens dit congres graag 2 vragen verkennen. Ten eerste wilde ik graag gevoel krijgen bij in hoeverre winkelgebied collectieven kunnen worden gezien als commoning initiatieven. Verder wilder ik graag verkennen in hoeverre de basisprincipes voor succesvol commoning kunnen bijdragen aan het succes van de digitale marketing activiteiten van deze winkelgebiedcollectieven.
Maar wat is nu eigenlijk ‘commoning’ of ‘commons’? Stan Majoor, Lector Coördinatie Grootstedelijke Vraagstukken en directeur van het HvA speerpunt Urban Management aan de Hogeschool van Amsterdam legt het als volgt uit: Urban commons zijn gemeenschappelijke goederen en diensten die beheerd worden door een gemeenschap, volgens de regels van die gemeenschap. Het gaat eigenlijk om plekken waar burgers zelf verantwoordelijkheid nemen om zaken in de stad te regelen, bijvoorbeeld samen een energie coöperatie starten, een plein beheren of een moestuin opzetten. Michel Bauwens (P2P foundation) gaf in zijn keynote aan dat er meerdere soorten samenwerkingsinitiatieven zijn die deze Commons-centric Economy kunnen vormen. Hij classificeert deze samenwerkingsinitiatieven daarbij op basis van de geografische omvang (global vs local) en doelstelling (for profit for benefit).
Wethouder Sociale Zaken Rutger Groot Wassink gaf aan dat hij commons ziet als een uitdrukking van hoe burgers zélf werken aan uitdagingen in de stad en dat hij graag met de stad en de kennisinstellingen verder onderzoekt hoe hij daaraan kan bijdragen. Hij onderbouwt dit punt in zijn quote: “Het is nu aan de kennisinstellingen en de common initiatieven” om met een eigen programma te komen. Daarin is voor de overheid een bescheiden rol weggelegd. “Het laatste wat we als overheid moeten doen, is ons zo intensief met commons gaan bemoeien dat ze worden doodgeknuffeld.”
Met als doel te verkennen op welke manier ondernemers en inwoners online kanalen kunnen inzetten voor de ondersteuning van commoning initiatieven hebben Marije Poel (HvA, Smart City Academy), Ruurd Priester (Research Fellow Citizen Data Lab) en ik voor het UM congres een break-out sessie georganiseerd. Tijdens deze sessie hebben we onder andere stil gestaan bij de vraag in hoeverre winkelgebiedcollectieven en de online kanalen van deze collectieven kunnen worden gezien als commoning initiatieven. Over de laatste waren de meningen zeker verdeeld. De mogelijke commerciële focus van deze initiatieven en het feit dat niet bij elk initiatief bewoners behoren tot de deelnemende partijen aan het collectief werden genoemd als reden om winkelgebiedcollectieven niet als commoning initiatieven te zien. Anderzijds werd geargumenteerd dat winkelgebiedcollectieven zeker wel ‘commons-kenmerken’ hebben omdat een commerciële focus mogelijk is binnen de classificatie zoals gebruikt door Michel Bauwens. En omdat de collectieven vaak ontstaan vanuit een bottum-up benadering van burgers. Opvallend was verder dat allen aanwezig bij onze break-out sessie de observatie deelden dat draagvlak een zeer belangrijke bepalende factor is voor het succes van de collectieve initiatieven, ongeacht hoe ze worden gelabeld. Daarmee lijken een aantal basisprincipes voor succesvol commoning in elk geval ook van toepassing op winkelgebiedcollectieven en hun collectieve digitale aanwezigheid.
Kortom een congres met als opbrengst mooie inzichten en genoeg stof tot nadenken. Ik ben dan ook zeer benieuwd wat jouw mening is! Laat vooral je reactie achter en bekijk de Urban Mangement Congres video voor een impressie van het Congres en de slides van de break-out sessie.
—
Daphne Hagen is promovendus bij het Centre for Market Insights en de Universiteit van Utrecht en doet promotieonderzoek naar de impact van collectieve digitale marketing activiteiten op de aantrekkelijkheid van winkelgebieden. De basis voor haar promotieonderzoek is gelegd in ons tweejarig onderzoek Collectief Online, waarvoor o.a. het handboek Verbonden Winkelgebied is ontwikkeld en een interactief dashboard is gebouwd. Volledige resultaten vind je op de website van collectief online. Meer weten? Neem contact op met Daphne Hagen of laat een reactie achter!
Cmihva.nl maakt gebruik van cookies om de website te verbeteren. Door verder te gaan binnen onze site, accepteer je automatisch ons cookiebeleid. Privacyverklaring
Reacties